Vanochtend hebben we de luxe situatie dat we geen wekker hoeven te zetten, want we worden netjes om 7.45 wakker gemaakt door de het gefluit van de stoomtrein, die letterlijk naast onze hotelkamer zijn vertrekt aankondigt. Een wekker die zich met tussenpozen van 15 minuten herhaalt totdat de trein inderdaad vertrekt naar het mijnbouwstadje wat ik gisteren al beschreven heb.
Alhoewel Robert op het gefluit wat geïrriteerd reageert, vind ik het geweldig en gebruik het signaal dan ook om uit bed te gaan, te douchen en aan een ochtendwandeling te beginnen meen uur later gezamenlijk te ontbijten en te bediscussiëren wat we vandaag gaan doen. Origineel was het idee om naar 4 corners te gaan; een uniek geografisch punt in de Verenigde Staten, want nergens anders grenzen vier staten aan elkaar. Maar uiteindelijk is het maar een door een mensen bedacht punt wat uitgeroepen is tot monument, in tegenstelling tot het veel dichterbij gelegen Mesa Verda National Park.
In 2007 hebben we dit park al even bezocht, maar te weinig aandacht aan kunnen besteden omdat het inmens groot is en dat we pas half vier aankwamen; pfff wat waren we fit toen want toen hadden we al een 5 uur durende rit achter de rug vanuit Albuquerque. Vandaag hebben we de hele dag en gaan we naar de groene tafel toe, de vertaling van Mesa (tafel) Verda (groen). Een mesa is een afgetopte en zeer uitgestrekte berg en uiteraard ligt al het moois weer boven op de berg en rondom een uur of 11.30 staan wij onderaan die groene tafel om via een knap staaltje wegenbouw langs diepe afgronden omhoog te rijden. Iets wat natuurlijk wel weer geweldige uitzichten oplevert.
Een voordeel van zo’n hoge tafel is natuurlijk wel dat het een paar graden kouder is dan onderaan de berg en daarom besluiten we onverwacht toch te gaan hiken en wel een hele bijzondere… Een hike die hier ruim 1500 jaar geleden is aangelegd door de Pueblo mensen, die deze groene tafel rond die tijd als thuisbasis hadden gekozen. Iets wat bijzonder is aangezien wij al moeite hadden de berg op te komen met een Chevy onder onze kont. Het maakt het nog specialer dat de trail eigenlijk heel goed is aangelegd, inclusief trappen. Dat betekent nog niet dat deze 4 kilometer lange tocht een “walk in the park” is, want we moeten ons maneuvreren langs en onder rotsen door en uiteindelijk moeten we ruim 100 meter klimmen om weer boven op de tafel uit te komen. Maar niet eerder dan dat we de “hoofdprijs” hebben gezien de petrogliefen die de Pueblo mensen hier op deze onherbergzame plek in het steen hebben gekerfd. En zo is de tegenwoordige naam van deze trail ontstaan de Petroglyph Point trail (bekijk).
Dat de Pueblo mensen begenadigde bouwers waren blijkt al helemaal uit hun multi-lagen woningen die ze in de half open grotten hebben gebouwd. Misschien nog wel bewonderenswaardiger dan de aangelegde weg naar de top van deze Mesa Verda. Nadat we een paar van deze dorpjes hebben gezien, besluiten wij de 50 kilometer lange weg terug te rijden naar de voet van de tafel en verder nog eens 50 kilometer te rijden terug naar het hotel, waar we ons opfrissen om rond een uur of half zes aan het avondprogramma te beginnen. Een avondprogramma dat bestaat uit muziek, gezelligheid, bier en pizza en al weer niet al te laat eindigt. Moe en voldaan sluiten we deze laatste dag in Durango meer dan tevreden af.