Terwijl we alweer boven Ierland vliegen schrijf ik het verhaal van gisteren; onze laatste hele dag van deze vakantie. En deze ochtend begon zeker niet al te vroeg, zodat we pas rond een uur of half twaalf aan het ontbijt zaten in onze hotelkamer. Ons kamer is van alle gemakken voorzien, behalve dan een stabiele internetverbinding, maar heeft een koelkast, magnetron en een koffiezetapparaat dus hadden we al de eerste dag in Chicago wat boodschappen gedaan, zodat we lekker kneuterig op de kamer konden ontbijten.
Na de afwas, ja u leest het goed, zijn we maar weer eens deze mooie stad gaan verkennen. gisteren hadden we van twee aardige toeristen twee nog geldige kaartjes gekregen voor de hop on-hop off bus en deze hebben we maar genomen. Ondanks dat het wel heel erg toeristisch is, krijg je toch ook weer extra informatie en dat is dan mooi meegenomen en je krijgt bovenop zo’n bus toch weer een ander blikveld op de stad, alhoewel we af en toe wel moesten boeken om het bruggenstelsel van de L, de elevated metro, te ontwijken.
Na een uurtje vermaakt te zijn hebben we de hop off uitgevoerd om naar Grand park te lopen. Daar was een festival aan de gang, genaamd “A taste of Chicago”, waar veel restaurantjes hun eten aan de man probeerde te brengen. Aangezien het vooral vette meuk was hebben wij niet veel geproefd, maar het was er gezellig druk en een aangename wandeling, die we hebben voortgezet door het Millennium Park en verder over de rivier en langs de waterlijn van Lake Michican.
Vervolgens hebben we ons volgende vervoersmiddel genomen, de watertaxi. En vanaf de rivier de Chicago krijg je dan weer een hele andere kijk op de stad, misschien wel de mooiste. En zo zijn we al fotoschietend en filmend de rivier opgevaren om bij het hoogste gebouw van Amerika, Willis, voorheen Sears, tower uit te stappen.
Na een prima hotdog hebben we de metro gepakt om terug te keren naar het hotel en ons op te frissen voor de avond. En we zijn er vroeg bij, want het is pas rond een uur of vijf als we de metro pakken richting het noorden. Normaliter zijn we later, maar vandaag start Pride weekend. In al die jaren dat we in de Verenigde Staten zijn we geweest is het ons altijd weten te lukken om de Pride’s te missen. Niet bewust, maar meestal hadden we gewoon pech.
De gay prides worden in diverse grote steden jaarlijks gevierd om aandacht te vragen voor de rechten van homosexuelen. En dat is in dit land nog echt nodig. Want alhoewel de staat New York juist op deze dag goedkeuring heeft gegeven voor gelijke rechten, zijn er nog 44 staten te gaan waarvan één homoseksualiteit nog steeds als een strafbaar feit ziet (Idaho). Maar terug naar deze Pride. We arriveren na een goed half uurtje in boystown en na nog eens een half uur lopen komen we aan op het festivalterrein en slenteren we langs de vele stands en podia. Het is nog niet druk, maar we vermaken ons prima door de diverse optredens van bands en de queens.
Rond een uur of half negen besluiten we maar eens te gaan eten en eindigen we weer in het zelfde Nederlandse restaurant van twee dagen geleden, wat overigens geen drank serveert, maar dat mag jezelf wel meenemen. Dat besluiten we maar niet te doen, want we hebben nog een hele avond voor de boeg.
Die rest van de avond brengen we grotendeels door in boystown, waar het ontzettend druk en gezellig is, maar waar we toch weinig aansluiting vinden en daarom besluiten we om terug te gaan naar het hotel om in de daar nabij gelegen bar nog een biertje te doen en vervolgens heerlijk te gaan slapen.