De lokale piraten hebben ons gisteren lang aan de praat gehouden, dus we zijn nog wat moe als we opstaan. Maar de wekker is onverbiddelijk en de gereserveerde pont houdt geen rekening met ons dus rond half tien zaten we ongeveer 1 minuut in de auto om vervolgens netjes in de rij te gaan staan voor de pont richting Cedar Island, die netjes om 10 uur vertrok met ons en onze reismonster aan boord.
Dit is overigens geen misselijke boottochtje. Hij duurt twee en halve uur, wat ons de kans gaf om een verhaal te schrijven, Robert genietend van de muziek lekker kon rusten in de auto en ik me heb vermaakt met boze vogels die in de ruimte wat varkentjes moesten wassen.
En zo reden we rond een uur of half een Cedar Island op en baanden we ons tussen de bossen en moerassen een weg naar Wilmington. Werkelijk een prachtige rit, nog mooier dan die van gisteren. Op zich wel even een vaststelling, want we hebben een prachtige vakantie, maar zijn toch teleurgesteld in de natuur die we de afgelopen twee weken hebben gezien. Het was veel beton tussen heel veel bomen. We wisten het wel van te voren, maar het is een klein dompertje op deze reis.
Een mooie rit, maar ook een lange rit. Want naast de twee en halve uur durende overtocht zitten we ook nog eens drie en halve uur in de auto en zo komen we pas om half vijf aan bij ons hotel in het warme en vochtige Wilmington.
En dan maken we iets mee wat we nog niet mee hebben gemaakt. Het hotel zit dicht. Na een telefoontje blijkt dat ze er drie maanden geleden mee zijn gestopt. De nummer 1 hotel van Wilmington, volgens Tripadvisor, heeft de stekker er uitgetrokken en ze zijn vergeten ons daarvan op de hoogte te stellen. Gelukkig hadden we dit hotel nog niet betaald, maar wat heb je aan de ellende. Dus we moesten op zoek naar een hotel, die we binnen 10 minuten hadden gevonden in de vorm van het hotel aan de overkant en voordat we het wisten rolden onze koffers de kamer binnen.
Toen we zo’n beetje geïnstalleerd waren komen we er achter dat de kamer waar we in zitten een soort van zolderraam heeft, die niet geblindeerd kan worden. Niet handig op de langste dag van het jaar, dus wij weer naar de receptie om een andere kamer te vragen en ook die vinden we binnen no-time, om vervolgens de koffers weer in te pakken en ze de volgende kamer in te rollen.
Het hotel dat gesloten was, de lange reisdag, de hitte, een andere kamer, het zijn allemaal kleine dingen, maar bij elkaar voldoende om ons van slag te doen raken en we laten historisch Wilmington voor wat het is en we gaan lekker rusten.
Eenmaal uitgerust zijn we het stadje in gelopen en hebben het nog even bekeken, om vervolgens in de lokale brouwerij prima crab cakes en porched pork te eten. Na wat drankjes en luisterend naar muziek van een lokale band zijn we langzaam naar huis geslenterd om niet al te laat onze hoofden op de kussens te leggen.